Mijn eerste ervaring met obstacle runs

Ik ben erachter gekomen dat het niet iets is wat iedereen zomaar kan doen

0
979

Ik sport en train veel omdat ik later bij defensie wil werken, maar vooral ook omdat ik het   heel leuk vind. Als mijn benen branden tijdens de training, ik daarna doodop ben en de dag erna niet meer lopen kan van de spierpijn dan ben ik helemaal tevreden. Dat gevoel is het fijnste gevoel dat er is! Hardlopen, gewichtheffen en bootcamps vind ik nu het leukst om te doen. Maar daarnaast wilde ik meer…

Mijn eerste obstacle run

Ik wilde ook meedoen met wedstrijdjes, dus schreef ik me in voor de 4km lange Obstacle Run Hunzedal. Ik wist niet goed wat ik ervan kon verwachten, daarom ging ik maar gewoon door met de trainingen bij de sportschool en liep een paar keer een rondje van 5km. Na een paar weken zo door te trainen brak de dag van de obstacle run eindelijk aan.

De warming up

Ik was best wel zenuwachtig, maar gelukkig gingen mijn ouders mee om te kijken. Toen we aankwamen duurde het even voor we de Start/Finish konden vinden. Ik schreef me in en ging aan een tafeltje zitten en at nog een Sultana. Het was een kleinschalig event en er hing een leuke sfeer. Het regende wat en bleef dus om warm te blijven onder de tent zitten met mijn joggingpak aan. Tien minuten voor de start trok ik mijn joggingpak uit en begon ik me een beetje op te warmen. Ik zat in de eerste groep en werd vijf minuten voor de start het startvak in geroepen. We deden een korte warming up met z’n allen, een vrouw sprak me aan, het was voor ons allebei de eerste obstacle run.

“Zolang ik maar niet laatste word”

En voor ik het wist mocht ik eindelijk beginnen. Ik bukte om onder de steigers door te gaan en begon met de groep mee te rennen. Van tevoren had ik al bedacht dat mijn doel was tenminste niet als laatste te finishen. Ik ging langzaam van start maar kwam wel vooraan in de groep te liggen. Ik tijgerde onder een camouflagenet door de heuvel op. Ik kwam er als eerste onder weg en had toen al door dat het tempo van de groep te laag voor me lag en versnelde dus, zo rende ik dus alleen verder. Het idee van het volgende obstakel snapte ik niet helemaal en dus gooide ik beide kettlebells over de stang heen in plaats van één. Ik werd toen naar links gestuurd, ik moest om de paal heen zei de man van het vorige obstakel. Ik zag nergens een paal totdat ik in het water keek. Ik liep het water in en begon te zwemmen. Meestal zwem ik snel maar doordat het water zo koud was en ik daardoor niet goed ademen kon, raakte ik een heel klein beetje in paniek. Ik deed het dus rustig aan en toen ik het water uitkwam rende ik verder. Vooraf had ik verwacht dat het rennen misschien wel saai en zwaar zou zijn maar dat viel eigenlijk heel erg mee, ik vond het zelfs leuk!

Richting de finish

Tijdens het rennen keek ik telkens achter me, ik was nooit echt geweldig geweest in een sport en nu ik eerste lag wilde ik dan ook echt als eerste die streep over. En dus rende ik sneller en sneller. Een paar keer raakte ik bijna de weg kwijt, ik moest de hele tijd vragen of ik nog goed liep en toen ik dacht dat ik de verkeerde afslag genomen had vond ik dat echt niet fijn. Gelukkig was dat niet zo en rende ik de heuvel af richting de finish. Ik riep naar mijn moeder en mijn ouders draaiden om. Nog één obstakel te gaan en ik zou als eerste over de finish komen. Ik rende en rende, versnelde nog een keer, sprintte zo hard als ik kon en…ik finishte als eerste. Ik was zo blij en was nog nooit zo trots op mezelf geweest, het boeide me niks dat het maar 4km was of dat er niet super veel mensen mee deden, ik was als eerste over de streep gekomen!

Mijn tweede obstacle run

Hierna schreef ik me in voor de Survivalrun in Groningen. Ik zou 5km doen en dacht dus dat ik niet veel training meer nodig had, ik kon namelijk 8km lopen… dat is genoeg toch? Daarnaast dacht ik dat de lessen bij de sportschool me genoeg armkracht en techniek gaven en dus deed ik geen specifieke trainingen voor de survivalrun.

Raceday

Op de dag van de survivalrun was ik heel nerveus. In de auto kwam ik erachter dat ik geen handdoek mee had genomen doordat ik zo laat pas begonnen was met inpakken en baalde daardoor best wel. Ik zou rond twaalf uur beginnen en deed een korte warming up voordat ik van start ging. We starten in tijdvakken met ongeveer vijftien per vak. Toen we van start gingen lag ik gelijk al voorop en dacht dat het op zich wel goed ging. Totdat we bij het tweede obstakel kwamen. Ik had thuis wel de beste technieken voor touwklimmen bekeken maar had het niet echt kunnen oefenen en daardoor lukte het eerste obstakel al niet echt. Mijn ouders stonden ook te kijken terwijl ik bij de eerste obstakels al erg veel moeite had.

Flink zijn en doorzetten

Maar ik wilde niet opgeven, ik ging niet opgeven, ik moest het afmaken! Elk obstakel dat me niet lukte dacht ik: geeft niets, hier leer ik alleen maar van, ik moet gewoon beter trainen, volgende keer beter. Het was erg koud en ik baalde ervan dat een paar dingen niet goed gingen maar het landschap was mooi en het hardlopen ging nog goed. Op een gegeven moment kwam ik bij een obstakel aan, waar ik uiteindelijk bijna uitviel. Ik klom omhoog en gleed uit, ik had me nog net vast aan de boom en een klein touwtje en worstelde me weer omhoog om iets onder mijn voeten te krijgen. Ik was wel een beetje geschrokken maar het gaf me moed, toen het me wel gelukt was.

De laatste meters

Tegen het einde aan kwam ik iemand tegen waar ik samen mee verder ging, we mochten elkaar niet helpen maar het was fijn om met iemand te praten tijdens het hardlopen en het feit dat ik met haar langs de obstakels ging dwong me nog beter mijn best te doen. Bij het laatste obstakel stonden mijn ouders weer. Mijn vader maakte foto’s terwijl ik moeite had met het touwzwaaien. Toen ik daar klaar mee was moest ik over hangende balken naar de overkant. Ik kon er telkens maar niet opkomen en zag hoe het de anderen wel lukte. Ik probeerde het voor een hele lange tijd, het moest me lukken. En na heel wat proberen lukte me het eindelijk. Ik was gefinisht, ik was klaar. Ik was trots op mezelf want ondanks dat ik sommige dingen niet gedaan had, had ik de moed niet opgegeven en was ik doorgegaan.

Wat ik nu ga doen

Na twee obstacle runs gedaan te hebben, ben ik erachter gekomen dat het niet iets is wat iedereen zomaar kan doen. Je moet goed trainen en iemand zijn die niet snel opgeeft. Voor de volgende obstacle run zal ik dan ook meer gaan trainen en mezelf beter voorbereiden, zodat ik wél alle obstakels kan doen. Ik ga meer gaan hardlopen en op de specifieke oefeningen als touwklimmen trainen. Ook zou ik dit graag samen met iemand willen doen, zodat we elkaar kunnen helpen en zodat ik misschien mezelf nog harder moet pushen.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here

7 + 2 =